2007

Uit Woonschepen Comite Groningen
Ga naar: navigatie, zoeken

PDF versie van deze krant

WOONSCHEPENKRANT

November 2007

23-ste jaargang Redactieadres: Postbus 1130 9701 BC Groningen


Lees in dit nummer:


Van de redactieBommen Berend

Van uw BestuurRuïnering, renovatie of restauratie

Wat wil het WCG Evenement WinterWelVaart 2007

Versterking gezochtJaarverslag WCG 2006

Groninger schippers van het HBVJaarrekening WCG 2006

Varen in Duitsland aantrekkelijkWaterlijn (deel 12)

De NoorderhavenWCG-website


Colofon:

Uitgave Woonschepencomité Groningen 2007


Aan deze krant werkten mee:

Jan Dulfer, Femke Dulfer, Albertien en Bob van Dijk-Milatz, Klaas Koetje, Klaas Jan Wind, Catharina van der Velde, Manfred Magnin, Ton Los, Didi Drescher, Martine van Lier, Robert Bangma, Gert- Jan Braas


Foto voorpagina: wat is er mooi aan het Wad?


Oplage: 1000 stuks


De Woonschepenkrant 2007

Van de redactie


Beter laat dan nooit. Dit vermeldden we vorig jaar ook al en dat zal dan wel zo blijven.

Toch hebben we met vereende krachten - heel plezierig is de nieuwe aanwinst voor de redactie van deze krant: Albertine van Dijk-Milatz - de kopij verzameld en bewerkt tot een hopelijk leesbaar geheel. Aandacht voor het verleden, de actualiteit, wat flauwekul en fantasie.


Wij wensen u veel leesplezier en geven eerst het woord aan onze opdrachtgever:


Van Uw bestuur


Tijdens onze jaarvergadering in mei van dit jaar is het bestuur van samenstelling veranderd. Marjon Luitingh, Albertien Milatz en Manfred Magnin zijn tot het bestuur toegetreden en Jan Dulfer heeft zijn functie als voorzitter neergelegd.

Harjan Prins, die ook al zitting had in het bestuur, is onlangs afgetreden.

Via deze weg willen we Jan en Harjan nogmaals bedanken voor hun toewijding en inzet voor het WCG. Overigens kunnen we wel melden dat Jan weliswaar is afgetreden, maar toch nog volop actief is voor het WCG.

Het nieuwe bestuur ziet er nu als volgt uit:


Manfred Magnin (voorzitter)

parcival at mac.com, 06 30 32 18 15


Marjon Luitingh (secretaris)

jomluitingh at xs4all.nl


Harm Hazelhof (penningmeester)

harmhazelhoff at gmail.com


Albertien van Dijk-Milatz

albertien at mac.com


Het vernieuwde bestuur is enthousiast aan de slag gegaan en heeft voor zichzelf een aantal doelen gesteld die ze de komende 2 jaar wil realiseren. Een van die doelen waar we aan gaan werken is het afronden van een aantal langlopende dossiers waaronder die van uitbreiding ligplaatsen. Gezien de goede samenwerking tussen WCG en Gemeente in de afgelopen jaren hebben wij er vertrouwen in dat we deze doelen kunnen realiseren.


Daarnaast hebben we onze werkwijze aangepast. Hoewel het bestuur nog steeds de vaste kern is zal het werk veel meer in projectvorm worden gedaan. Dat ziet er dan zo uit: stel de gemeente komt met een nieuw beleidsstuk (bijv. de nota Nieuwe Uniforme Voorschriften Openbaar Vaarwater – de NUVOV) dan zoeken we daar bewoners bij die met het bestuur de stukken wil doornemen en van commentaar voorzien. Het voordeel van deze werkwijze is dat niet alles door de individuele bestuursleden moet worden gedaan maar dat het een gedeelde klus en verantwoordelijkheid wordt met alle bewoners. Het zijn dan ook dit soort klussen als van de NUVOV waar wij binnenkort tijdelijke WCG’ers voor gaan zoeken.


Om deze werkwijze vanuit het bestuur goed te kunnen ondersteunen hebben we een aantal werkgroepen opgezet. In deze werkgroepen zitten naast bestuursleden ook andere bewoners. We hebben de volgende werkgroepen:

  • Varen – initiatief van de Groninger Schippers (zie elders in deze krant)
  • Website & PR
  • Ligplaatsen & Watergang


Zodra de NUVOV behandeld gaat worden zullen we ook hiervoor een werkgroep gaan inrichten.


Kortom: mocht je je betrokken voelen bij een van deze onderwerpen dan ben je van harte uitgenodigd op 1 van onze maandelijkse vergaderingen (1e maandag van de maand | 20.00 uur | HW Mesdagstraat 72a) of neem contact op met 1 van de bestuursleden.


Wat wil het WCG ?

Het Woonschepencomité Groningen (WCG) is een vereniging van en voor woonbootbewoners die de belangen van woonbootbewoners behartigt.


Het WCG streeft de volgende doelen na:

  • voldoende ligplaatsen – ook voor varende schepen.
  • wonen op het water betaalbaar houden.
  • gelijke behandeling van woonbootbewoners en huizenbewoners op een wijze die recht doet aan onze woonvorm.
  • een goede rechtspositie voor bewoners op het water


Concreet gaat het dan bijv. om:

  • opname van alle bestaande en toekomstige ligplaatsen in bestemmingsplannen.
  • creëren van betaalbare nieuwe ligplaatsen.
  • betaalbare, goed werkende riolering of geen riolering.
  • aandacht voor onze drijvende monumenten.
  • behoud van de Noorderhaven als "vrijhaven" voor woonschepen.
  • inrichten van een eigen website voor en door waterbewoners
  • etc. etc.


Het WCG wil deze doelen bereiken door overleg met ambtenaren, politici en de bewoners van schepen. En als we denken dat het anders en beter kan zijn we eigenwijs genoeg om de gemeente te verblijden met onze eigen ideeën.


[[Image:]]

Versterking gezocht!

Gezocht: enthousiaste, betrokken mensen ter versterking van het bestuur en mensen die mee willen doen aan de projecten waar we mee bezig zijn in werkgroepen.


Er komt weer een heleboel op ons af van de overheden (rioolplannen, nieuw bestemmingsplan etc.), en we willen ook zelf initiatieven ontwikkelen. Dus: kom eens langs op de maandagavond! (zie bij ‘van het bestuur’).


Gezocht: enthousiaste, betrokken mensen ter versterking van de redactie Woonschepenkrant

Dit kan door het leveren van artikelen en/of foto’s die voor de andere bewoners van belang kunnen zijn. Er moeten onder de meer dan duizend bootbewoners toch voldoende mensen zijn die een interessant artikel kunnen schrijven over de bijzonderheden van wonen op het water en wat daarbij zoal komt kijken.

Artikelen over scheepsonderhoud en techniek zijn altijd welkom. Maar ook bijvoorbeeld een meer beschouwelijk stuk over wonen op het water.


Ook voor het benaderen van (nieuwe) adverteerders wordt nog iemand gezocht.


Verder zijn er vrijwilligers nodig voor het verspreiden van nieuwsbrieven en de Woonschepenkrant.


Wil je de redactie versterken of op andere wijze bijdragen aan de activiteiten van het WCG?

Neem dan contact op met Manfred Magnin


 parcival(at)mac.com 06.30.32.18.15


Groninger Schippers van het historische bedrijfsvaartuig


Door: Klaas Jan Wind


Het varen met onze historische bedrijfsschepen vinden we fantastisch en we willen er ook goed op wonen.

Ziedaar in een zin samengevat waar we voor staan.

Groninger Schippers bestaan sinds een paar maanden en zijn aangesloten bij de LVBHB (Landelijke Vereniging tot Behoud van het Historische Bedrijfsvaartuig) maar hebben ook een goed werkcontact met het WCG.

Varen en wonen op een historisch bedrijfsvaartuig hebben zo hun eigen probleempjes.

Vandaar dat wij (tot nu toe 10 woonschippers) onze krachten hebben gebundeld en er voor willen gaan zorgen dat varen en wonen op een historisch bedrijfsvaartuig nog aantrekkelijker wordt.


Waarin verschillen wij met het WCG ?


Het WCG behartigt de belangen van mensen die op het water van de gemeente Groningen wonen.

Groninger Schippers willen goede vaar- en ligmogelijkheden stimuleren voor historische bedrijfsvaartuigen om op die wijze het cultureel maritieme erfgoed in stand te houden en de woonvorm die hier uit voortvloeit ondersteunen.


Om kort te zeggen: het WCG staat voor wonen en wonen en bewoners.

Groninger Schippers staan voor varen en wonen en de woonvorm


Concreet gaan wij ons bezighouden met bijvoorbeeld ligplaatsen en passantenligplaatsen in Groningen en ommeland. We gaan dan in gesprek met de provincie en gemeenten om onze problematiek onder hun aandacht te brengen. Maar wij zullen deze overheden ook op kansen wijzen en met voorstellen komen.

Een ander concreet punt is de afvalwaterzuivering van woonschepen. Wij streven er naar dat we niet verplicht aangesloten zullen worden op het rioolnetwerk. Varende woonschepen zijn niet altijd gebaat bij deze aansluiting en willen op hun beperkte ruimte geen twee zuivering systemen. Een om mee te varen en een op de ligplaats.


Klaas Jan Wind ( voorzitter, en tevens contactpersoon voor belangstellenden)

Dr. C.H. de Grootkade 1009

9718 KD Groningen

Tel: 3135492/06-12292328


[[Image:]]

Varen in Duitsland is voor grotere schepen zeer aantrekkelijk

Door: Klaas Koetje


Google Earth, kettingen, droge rivieren en een ingecalculeerd risico


Vijf jaar geleden hadden we (Marie-Jeanne en ik) bedacht dat het leuk zou zijn om naar Kassel in Duitsland te varen. Iedere vijf jaar wordt daar een toonaangevende expositie moderne kunst georganiseerd: de Documenta. Kars Thaden die niet zo lang daarvoor een schip naar Berlijn had gevaren en een voormalig Greenpeaceschip deze kant op manoeuvreerde, raadde het af. “Je gaat meteen aan de ketting en dan zijn de kosten niet te overzien”. Goede raad is goedkoop en we zagen er vanaf. De Primus zou ongetwijfeld niet voldoen aan de eisen en of mijn stuurmanskunst toereikend zou zijn, viel ook te betwijfelen. Af en toe een tochtje naar Glimmen, een paar keer langs de Waddeneilanden en eens per twee jaar naar Amsterdam. Niet dat je zegt een schipper die bulkt van ervaring.


[[Image:]]


Afgelopen winter zaten we met een aantal jonge kunstenaars in het onvolprezen etablissement Bienvenue en kwam het gesprek op de Documenta. Of we er ook heen gingen. Ik liet me ontvallen dat we plannen hadden gehad om met het schip te gaan maar dat we niet konden voldoen aan de eisen. Ik had me inmiddels verdiept in die eisen en kwam op een waterdichte machinekamer, een waterdicht schot voor en nog wat kleinere technische aanpassingen. Met name het waterdicht maken zou een aardige verbouwing vergen. Platen lassen, waterdichte leidingdoorvoeren maken (cv opnieuw aanleggen, elektriciteitskabels nieuw trekken). Nog afgezien van het geld zou het nogal wat tijd kosten om alles in orde te maken.

Dit waren echter handige kunstenaars die ook met een lasapparaat om kunnen gaan en alsof er al een elektrode was geplaatst, was het vonkje van het enthousiasme niet meer te ontkennen. Ze wilden meehelpen, van alles doen, als ze dan maar mee mochten.


Weinig trek hebbend in een verbouwing terwijl het schip zo goed als klaar is, schoof ik de beslissing voor me uit. Naarmate de Documenta echter dichterbij kwam, werd ook bij mij de kriebel steeds erger om vooral wel te gaan. En dus ging ik op zoek naar de verhalen. Wie was wel eens met een schip naar Duitsland geweest. Waren er problemen onderweg.

Uit die verhalen bleek in ieder geval dat het weer typische schippersgeschiedenissen waren. Verwarde verhalen waarin het van horen zeggen een grote rol speelt en waarbij de feitelijke juridische (on)mogelijkheden niet te traceren waren.

Inspectie

Er zat maar een ding op: in de regelgeving duiken. Daaruit bleek al gauw dat de vereisten van waterdichtheid waarschijnlijk van toepassing bleken maar dat eisen als het kunnen afsluiten van de brandstoftoevoer vanuit de stuurhut slechts geldt voor jongere schepen. Daarmee konden alvast wat werkzaamheden geschrapt worden. Bleef natuurlijk de juridische onduidelijkheid: woonschip, beroepsschip.

Nog maar eens gebeld met Klaas-Jan Wind van de Onrust. Hadden tot Meppen gevaren en geen enkel probleem ondervonden terwijl de Onrust volgens de regels ook de Duitse wateren niet zou mogen bevaren. Kijk, dat geeft moed. Een verbouwing kan achterwege blijven en met een beetje mazzel……

Niettemin de Scheepvaartinspectie gevraagd om langs te komen. Zo’n inspecteur kan je tenslotte precies vertellen wat er wel en niet aan het schip moet gebeuren. Zo’n inspectie kost € 256,== maar dan weet je tenminste waar je aan toe bent.


Op een mooie middag komt de inspecteur binnenwandelen. Ik bied hem koffie aan maar hij wil liever eerst even rondkijken. Voordat hij dat gaat doen vraagt ´ie wat we van plan zijn. “Varen naar Kassel”, zeg ik. “Ga je ook over de Rijn of kruis je de Rijn”. Ik zeg dat we dat niet van plan zijn. Hij zegt: “Geef me dan maar koffie want dan hoef ik niet verder te kijken. Dit is een woonschip dus je kunt gaan”.

Ik werp nog op dat je voor andere vaarwegen in Duitsland toch ook een attest nodig hebt maar hij zegt dat de SI die niet kan geven omdat het een woonschip is. Opgelucht en verrast, schrijft hij een bewijsje dat hij langs geweest is en belt even met het ministerie dat er geen rekening hoeft te worden verstuurd aangezien er geen inspectie heeft plaatsgevonden. Wel drukt hij me op het hart met de SchifssUntersuchungsKommission (SUK) in Mainz te bellen.


Vaarbewijs

Mijn besluit om naar Kassel te varen staat al vast. Er is nog een klein probleem. Het klein vaarbewijs II is niet voldoende om in Duitsland een schip langer dan twintig meter te mogen besturen. Eerst met Mainz gebeld. “U heeft wel een attest nodig en wel volgens de Europese richtlijn 82/714”. Slik dan maar even weer bellen met de SI die na rijp juridisch beraad zeggen: “Dat geldt niet in Nederland dus u kunt gewoon gaan. Als er problemen zijn dan moeten ze maar contact met ons opnemen”. Geregeld.

Dan nog even dat vaarbewijs. Duitsland ziet liever dat ik een groot vaarbewijs heb. Dat betekent drie jaar beroepsmatig meevaren, minimaal 180 dagen per jaar. Dat zie ik niet zitten. Dan is in Duitsland nog het aparte vaarbewijs C1 te krijgen waarmee schepen van 20 tot 35 meter mogen worden gevaren. Ook dat gaat niet lukken: moet ik een heel jaar lang beroepsmatig meevaren.

Rest nog een mogelijkheid: via de Commissie Wateropleidingen (CWO) een aanvraag indienen om alvast in het bezit te komen het diploma groot motorschip dat al aan schippers van Scouting Nederland wordt verstrekt. Dit diploma loopt vooruit op wijzigingen in de wet zodat mensen in de nabije toekomst een vaardiploma moeten halen voordat ze een schip ook korter dan twintig meter mogen besturen. Ze gaan hun best doen en ik stuur een pak aan bewijzen mee dat ik vaker heb gevaren inclusief telefoonnummers van sluizen in Amsterdam, Gaarkeuken, Groningen en onze eigen Havendienst. Tot op de dag van vandaag nog geen bericht gehad.


Inmiddels had ik de Duitse wet voor de binnenvaart nog eens grondig uitgeplozen op de straffen die ons te wachten staan. Tot € 25.000. Dat is niet misselijk maar bedenk ik dan: dan zul je waarschijnlijk met een roestende tanker zonder papieren en ladderzat en……..Zo erg zal het niet worden denk ik en neem mezelf voor dat we tot duizend euro boete incalculeren als risico.


Sluis van Weener

Zo en dan is het tijd om te gaan varen. Zestien juli afvaart. Zes gasten stappen aan boord en we hebben geen waterkaarten. Ook dat hebben ze niet in Duitsland zoals wij dat kennen. Dus in de week voorafgaand aan ons vertrek heb ik met behulp van Google Earth allemaal bestanden gedwonload van internet zodat ik een idee heb waar we langs varen en waar we ongeveer zijn. Ik had op die manier de reis al een paar keer bekeken/gemaakt maar het leek me verstandig dit toch op de laptop te hebben. Bovendien leende Jan Dulfer ons nog twee boeken. Eentje met beschrijvingen van de waterwegen in Duitsland met allerlei nuttige maar ook ontbrekende informatie, geheel toegespitst op de recreatievaart. Tevens had hij nog een uitgebreide waterkaart van het Mittellandkanal. Dus nadat we Delfzijl achter ons hadden gelaten de Dollard schuin overstaken naar Emden om later de Eems op te draaien, werd de laptop opengeklapt en volgde ik met impressies van Google Earth de loop van de rivier.


[[Image:]]


In het boek had ik gelezen dat bij Weener een sluis is die bij hoogwater is te gebruiken voor jachtjes om naar de achterliggende jachthaven te varen. Aangezien er verder geen enkele informatie was over aanlegplaatsen (je kunt niet alles zien op Google Earth) en het tegen de avond liep, zag ik tot mijn grote vreugde dat er een drijvende steiger buiten de sluis was. Dat was daar wel van belang omdat de getijden in dit deel van de Eems nog vrij spel hebben. Een ideale plek dus om te overnachten. Na moeizaam gemanoeuvreer (naar later bleek had ik met het schip een flink stuk slik weggeschoven omdat het al afgaand water was) konden we de Primus afmeren aan de drijfsteiger. Tijd voor een biertje, eten en naarmate de avond vordert begint het schip langzaam te hellen. Precies op tijd merk ik dat de touwen zwaar onder spanning staan. De drijfsteiger ligt inmiddels op het droge maar het water loopt nog steeds onder het schip weg. We slagen erin de trossen los te wurmen en het schip glijdt verder de vaargeul in. De nacht verloopt rustig maar ’s ochtends in alle vroegte varen we snel verder voordat het ebgetijde ons weer te pakken neemt. (Tip: niet bij Weener overnachten maar doorvaren naar Leer; daar is een goeie drijfsteiger die niet droogvalt).


[[Image:]]


Verder is de tocht over de Eems vooral een genot. Het is mooi weer, het is niet druk, alleen valt het me op dat er nergens aanlegplaatsen zijn. Hier en daar bij een fabriek maar dat is altijd voorbehouden aan beroepsschepen. De tweede namiddag stuur ik een zijtak van de Eems in om achter een brug te ankeren, een zekerheidslijntje aan de brug. Een fanatieke sportvisser op een bootje begint echter te roepen dat dat toch niet kan en dat de waterpolitie zeker zal langskomen. Als iemand dat begint te roepen, weet je al bijna zeker dat hij er alles aan zal doen om die voorspelling uit te laten komen. Dus weg maar weer en verder varen en o vreugd, even voorbij het centrum van Meppen is een ligplaats ingericht waar men 24 uur mag blijven. Opluchting. Het is nog steeds mooi weer en de eerste gasten nemen een duik in de rivier.


Hoe hoog is die brug

Het blijft fraai weer terwijl we de ene na de andere sluis nemen. Sommigen met een verval meer dan zeven meter. In totaal zijn er vijftien tot we het Mittellandkanal op zullen draaien dus we doen aardig wat ervaring op. De steeds grotere schepen die met ons opvaren passen net in de sluizen. Dat heeft echter wel tot gevolg dat de Primus hard moet werken om al het water dat uit de sluis gedrukt wordt door te komen. Gaandeweg hou ik meer afstand en wacht tot de ergste stroming verdwenen is en vaar dan zonder problemen de sluis in.

Niets lijkt een prettige, probleemloze reis in de weg te kunnen staan. We hebben inderdaad nog steeds geen waterpolitie of andere gezagsdragers gezien en ook een klein ongelukje met het anker dat van de rem valt (drie kwartier hard werken om ketting en anker weer binnen te halen) is geen smet op deze dag als we Rheine naderen.

De bruggen beginnen akelig laag te worden. Het hoogste punt van de Primus is 4,70 meter. Ik blader nog wat in de boeken maar nergens zijn gegevens te vinden. In Rheine is het raak. De schijnwerper klapt tegen de onderkant van een brug en de davit krijgt ook nog een dreun. We leggen aan om de schade op te nemen. Een deukje in de schijnwerper en verder niets. Aan de kade besluiten we de schijnwerper weg te halen, de zonnepanelen plat te leggen en de davit naar beneden te klappen. We beginnen te filosoferen over de komende bruggen en dat we wellicht de stuurhut naar beneden moet klappen. Ondertussen heeft een van de gasten een lange bezemsteel gevonden en zet die voor op het schip. Langzaam varen we op de volgende lage brug af en zetten de stok op hoogte zodat die ongeveer vijf centimeter hoger is dan de stuurhut. Mocht de stok een brug raken dan heb ik nog een kleine dertig meter om af te remmen. Iedere volgende brug wordt langzaam genaderd maar alles gaat goed. ’s Avonds mogen we bij de kade van een cementfabriek in Altenrheine aanmeren. Bier op tafel, eten, een beamer naar buiten gesleept, een scherm opgezet en film kijken.


De laatste kilometers naar het Mittellandkanal verlopen zonder problemen en we vragen ons weer af wat we al de gehele tocht op de Eems doen: waarom wonen wij eigenlijk aan de andere kant van de grens. Dit landschap is zoveel afwisselender en mooier, het bier is hier goedkoper, de mensen zijn vriendelijk en beleefd en de Duitsers zijn tenminste nog enthousiast over een schip als de Primus. Regelmatig zie je mensen kilometers lang meefietsen, foto’s maken en het moet gezegd: de vele tankers die vanaf de olieraffinaderij in Rheine naar het zuiden varen zijn allemaal redelijk modern en dan is de Primus ineens wel een heel klassiek ogend scheepje.


[[Image:]]


Waterkruis Minden

Het Mittellandkanal. Hoewel de plaatjes van Google Earth het gemis van een waterkaart enigszins hebben kunnen opvangen is het prettig het boek van Jan open te slaan. De brughoogtes staan aangegeven, er zijn massa’s ligplaatsen voor passanten en aan beide oevers strekt zich een steeds wisselend landschap uit dat uitnodigend baadt in de zon. Bergen (voor Duitsers heuvels), vreemde pakhuizen, ertsbergen, je ziet van alles en geen waterpolitie.

Ik kijk uit naar het Wasserkreuz in Minden. Daar zullen we van het kanaal afgaan en de Weser op moeten draaien in zuidelijke richting. Op Google Earth had ik al gezien dat het een complex sluizenstelsel is en het boek bevestigt dat. Wel is er een bunkerstation en het lijkt me nuttig daar te tanken want gezien de Eems, weinig ligplaatsen, geen bunkerstation gezien, kunnen we op de Weser beter geen risico’s nemen. Vanaf Minden is het nog tweehonderd kilometer naar Kassel over een slingerende rivier. Hemelsbreed is het slechts honderd kilometer. En we moeten ook terug.


Na enige tijd komt de bunkerboot aan maar we kunnen geen diesel krijgen. Hij heeft alleen rode diesel en ondanks dat ik hem uitleg dat ik huisbrandolie verstook (rode diesel met accijns) zegt hij bang te zijn om zijn baan te verliezen. We moeten twee kilometer terug bij de jachthaven maar proberen.

Daar aangekomen, geen pomp te zien. We lopen naar het jachthavenkantoortje waar om twaalf uur ’s middags de eerste pullen bier al op tafel staan. We kunnen niet tanken maar er komt iedere dag een tankauto en na wat heen en weer gepraat, zal die auto de volgende dag om acht uur ’s ochtends ons van witte diesel voorzien.

“Waar gaan jullie eigenlijk naartoe”, vraagt de barman en ik zeg ons doel. Hij schudt zijn hoofd en zegt: “Vergeet het maar. Er staat veel te weinig water in de Weser”. Ik zie Google Earth voor me. Een flinke rivier die richting Kassel slingert. Vlak voor Kassel dan de Fulda die door de stad stroomt. Ik heb foto’s van de rondvaartboot van Kassel gezien en die was toch zeker groter dan de Primus. “Hoe diep steek je eigenlijk”. De Primus steekt 1,20 meter aan de achterkant en hij schudt weer het hoofd, grijpt de telefoon en belt naar de Wasserschutz maar die bevestigen zijn vermoeden. De Weser is misschien in het najaar voldoende diep om richting Kassel te varen.

We zijn perplex. Hoe is dit nu mogelijk. Waarom hebben ze hier geen gedetailleerde waterkaarten waarop je zoiets kunt zien. De jachthavenmeester zegt dat dat niet kan omdat je nooit weet hoeveel water er is. Ik zeg dat je dat van de Waddenzee ook niet kan zeggen maar dat je toch minstens de diepte van de vaargeul kunt aangeven bij hoger en lager water. Maar goed, wij moeten nu beslissen wat te doen.

De volgende dag varen we zestig kilometer verder en vinden op zaterdag een prachtige plek in Hannover om van daaruit naar Kassel te reizen. Dan maar met de trein of met gehuurde auto’s. Zien we later wel verder.


Daar zijn ze dan….


Op maandag gaan MJ en ik auto’s huren bij Hertz. Voor een luizige 50 euro per persoon kunnen we drie dagen lang op en neer rijden naar Kassel dat bijna tweehonderd kilometer verderop ligt. Terwijl wij bezig zijn om de huur te regelen, krijgen onze gasten bezoek op de Primus: de waterpolitie! Komen even kijken naar de papieren maar de schipper is er niet. Ze melden dat ze de volgende ochtend wel weer langs komen.

Als ik terug ben op het schip besluit ik de waterpolitie te bellen. Ik leg ze uit dat we de komende drie dagen naar Kassel gaan. Als ze willen komen, zullen ze vroeg moeten zijn en dat we uiteindelijk donderdagochtend de terugreis zullen beginnen.


Donderdagochtend nog steeds geen spoor van de politie en we hebben de ochtend al iets langer gemaakt. Uiteindelijk gooien we het schip los en varen richting Nederland. Nog geen twee kilometer op stap komt de politieboot langszij en twee dienders springen geroutineerd in het gangboord.

Ze vragen me of ik een attest heb en ik zeg gewoon zoals het is. “Dan moet je wel even aan de kant”, wordt me vriendelijk gezegd.

Ik geef ze wat ik heb: het papier van de SI, mijn vaarbewijs en ik wijs ze op het feit dat ik volgens EG-richtlijn 82/714 gerechtigd ben met een woonschip in Duitsland te varen. De toon van het gesprek blijft uiterst vriendelijk en je merkt dat de mannen er moeite mee hebben (voortdurende complimenten voor het mooie schip) dat ze ons hebben aangehouden. En natuurlijk hebben ze in de gaten dat ik me (juridisch) goed heb voorbereid. Ze hebben het nog over rode diesel en de marifoon waarvoor je in Duitsland kennelijk een vergunning nodig hebt om die te mogen kopen. Ik leg ze uit dat een marifoon in Nederland verplicht is voor scheper langer dan 20 meter. De rode diesel wordt niet gecontroleerd en ze lopen met de paperassen naar hun eigen boot.

Even later komen ze terug met het vaarbewijs dat me zonder commentaar wordt teruggegeven (mazzel of door de vingers?) en de mededeling dat ik wel een boete krijg. Een hele hoge boete. Ik schrik en hoor al een bedrag van 5000 voorbij komen als de agent zegt: “275 euro. Als je het niet aan boord hebt dan willen we je wel even met de auto naar een pinautomaat brengen”. Opgelucht zamelen we 275 euro in en ik krijg de opdracht de SUK in Magdeburg te bellen. Die moet langskomen om een inspectie uit te voeren. Tot dat is gebeurd mogen we niet verder. Ik moet de SUK zelf bellen en krijg te horen dat ze pas ’s maandags langs kunnen komen. Dat is balen. Vier dagen vast in Hannover. Leuke stad daar niet van. Maar de expositie in Kassel viel zo tegen dat we het plan hadden opgevat om naar een expositie in Münster te varen.


[[Image:]]


En nu “aan de ketting” zoals dat dan heet. MJ had nog de tegenwoordigheid van geest om te vragen of we dan weer naar de ligplaats terug mochten want we waren in een desolaat industriegebied aangehouden. Hoewel het eigenlijk niet mocht, hebben ze ons onder begeleiding toegestaan terug te varen. En ze drukken me op het hart een bezwaarschrift te schrijven: “Doe maar in het Nederlands. Wij zorgen wel voor een vertaling. En breng het voor maandag even langs”. De volgende dag rond de middag hebben ze een keurig bezwaarschrift in handen.


Nog een inspectie

Wachten tot maandag. Hannover bekijken. Sommige gasten kregen het op de heupen en begonnen te boenen, te schuren, te verven. De Primus werd flink onder handen genomen en ik dook de machinekamer in om die op te ruimen en op te poetsen zodat de inspecteur in ieder geval een goede indruk zou krijgen. Er kon nog steeds gezwommen worden. Er werd nog steeds lekker gegeten en gedronken en op het Mittellandkanal is het een komen en gaan van grote binnenvaartschepen uit Nederland, België, Duitsland, Polen, Tsjechië, Slowakije, Rusland en ze zijn allemaal zo netjes om vaart te minderen als ze de Primus zien liggen en zetten het gas er weer vol op als ze gepasseerd zijn. Het Mitellandkanal is niet diep, niet breed en zuigt als een gek. Rekening houden met liggende schepen, dat zouden ze in Nederland ook eens moeten doen.


Op maandagochtend dan eindelijk het langverwachte bezoek van de scheepvaartinspecteur uit Magdeburg. Hij is verbaasd dat we gewoon maar zijn gaan varen en we hebben een geanimeerd gesprek over de verschillen in regelgeving tussen Nederland en Duitsland. Hij klapt zijn laptopje open en sluit een draagbare printer aan. Inspectie acht hij niet nodig. Hij print een Vorläufiges Attest uit waarop staat dat we drie weken de tijd hebben om het land te verlaten. Hij krijgt nog een kop koffie, wil toch nog wel even naar de scheepsmotor kijken, gewoon uit nieuwsgierigheid. Hij vertrekt met de mededeling dat de rekening (papiertje € 15 en de reiskosten) naar Groningen wordt gestuurd


We mogen vertrekken nadat de politie is gebeld. Zin om naar Münster te varen is er niet meer. Kalm en met evenveel plezier als de heenreis, varen we over het Mitellandkanal, de Eems, de Dollard en het Eemskanaal terug naar Groningen.


Wat een geweldige tocht. Mooi land om te varen. Zo snel als het kan, op naar Berlijn. En maar hopen dat de aanstaande wijzigingen in de Binnenvaartwet ook in Duitsland worden geaccepteerd. Dan kunnen we zonder problemen een heel nieuw vaargebied binnen.

Een paar weken nadien viel de rekening van het SUK op de mat: ruim 300 euro. Ook daar bezwaar tegen aangetekend. Al met al dus ongeveer 600 euro aan boetes. Dat was minder dan gecalculeerd dus kunnen we blij zijnen wie weet als de bezwaarschriften gegrond worden verklaard…..


Aanvullende opmerkingen

De website www.elwis.de is een zeer uitgebreide site waar van alles is te vinden op het gebied van regelgeving, stremmingen, je kunt het zo gek niet bedenken. De navigatie is niet erg best maar alles wat je weten wilt, kun je vinden.

Voor de meest actuele ontwikkelingen ten aanzien van de Binnenvaartwet houdt ene Janneke Bos de zaken bij op http://www.xs4all.nl/~bosq/main.htm. Ook de moeite waard.


***


De Noorderhaven

Door: Robert Bangma


Een vrijhaven die faalt!


De Noorderhaven heeft zijn functie als vrijhaven verloren. Tenminste 80 % van de huidige bewoners heeft niet méér associaties bij het principe van een vrijhaven, dan dat het een gratis ligplaats is.


Een vrijhaven is volgens “wiki”: een plek waar illegale zaken worden gedoogd of niet gecontroleerd en meestal kent dit soort havens bijzondere vrijstellingen.

In mijn visie kenmerkt een vrijhaven zich door veel vaarbewegingen.


In Groningen heeft de gemeente 4 voorwaarden gesteld aan het begrip vrijhaven: er wordt op het schip gewoond, de bewoner is de eigenaar, het schip heeft voldoende vrijboord en het schip is varend.

Op het punt van deze gemeentelijke voorwaarden doet de Noorderhaven haar status als vrijhaven eer aan want “illegale zaken worden gedoogd en niet gecontroleerd” zoals ‘Wiki’ ons leert over het fenomeen vrijhaven. Een quickscan in mei 2007 vertelt ons dat er 60 schepen in de Noorderhaven lagen. Slechts de helft van de schepen waren bewoond én varend, hiervan zijn er maar 12 schepen die frequent varen. 12 schepen waren zelfs onbewoond.

Blijkbaar kan een vrijhaven ook als opleghaven worden gebruikt!


Een belangrijk ander element dat van invloed is, is dat het aantal ligplaatsen in Nederland kleiner wordt. Dit verhoogt de waarde en voert de druk op ligplaatsen enorm op. Dit kun je merken in de Noorderhaven. Er zijn schepen mét ligplaats in de Noorderhaven verkocht. De huidige botenverkopers laten het gegeven dat zij géén legale ligplaats hebben voor hun roerend goed doorgaans willens en wetens in het midden. Illustratief hiervoor is de ‘rokade’ van een charterschip en een luxe motor, van de Hoge der A naar de Noorderhaven vv, afgelopen voorjaar. Een actie die zomaar 20.000 euro opgeleverd kan hebben.

Het geld regeert, ook in een vrijhaven zonder ligplaatsvergunningen!


Maar wees eerlijk, wil niet iedereen een soort van vastigheid, een terugkeergarantie? Al was dat alleen maar om na de 6 tot 10 jaarlijkse werfbeurt weer op je ‘eigen’ plekje terug te kunnen keren. Dit gegeven werpt een wig tussen de gewenste zekerheid en de vrijheid die een vrijhaven impliceert. Varende schepen kiezen er voor niet meer weg te gaan met als gevolg dat iedereen op zijn plek blijft liggen en alleen bij een werfbeurt de haven wil verlaten. Want de kans dat een ander, op een goed getimed moment zijn schip voorgoed in de vrijhaven vastketent is aanwezig.

Dit is de oorzaak dat de varende schepen beetje bij beetje de vrijhaven uitgedreven worden.

Het is de reden dat de vrijhaven faalt!


Kan de vrijhaven van Groningen anno 2007 voortbestaan?


Robert

Reacties? Mail naar rohban(at)hypocrisy.org


***


Bommen Berend

Door: Femke Dulfer en Katharina van der Velde


Dit stuk gaat niet over het feest van de stad maar over het drama dat zich in het allereerste uur van die dag afspeelde in de Noorderhaven. Roeland Oosten stapte omstreeks 00:30 uur van boord van de Neeltje, waar Femke, zijn beste vriendin, woonde. Verder dan die ene stap is hij niet gekomen. Hij kwam onmiddellijk terecht in een ruzie met een onbekende op de kade. Hoe, waarom en wie, weet alleen hij. Deze woordenwisseling duurde maar kort en werd gevolgd door een plons. Onmiddellijk liep Femke naar buiten, maar er was geen rimpeling in het donkere water te zien. Twee studenten hadden vanuit hun raam gekeken en verklaarden dat ze eerst twee mensen op de kade ruzie hadden zien maken en na de plons maar een persoon hadden zien weglopen in de richting van de 4e Drift. Al gauw kwamen twee buren van Femke aangelopen, die het geschreeuw hadden gehoord. Met een zaklamp werd er in het water gezocht, maar er was geen rimpeling te zien. 112 werd gebeld en de politie arriveerde. Er werd met een peddel in het water gevoeld, maar nog steeds niets. De brandweer werd erbij gehaald, ambulance kwam ter plaatse, de weg werd afgezet, camera ploegen arriveerde en al gauw veranderde de Noorderhaven in een ware heksenketel. Na een klein half uur werd Roeland door de brandweer boven water gehaald, op de kade gelegd en intensief gereanimeerd. Dit mocht niet baten. Hij werd overgebracht naar het ziekenhuis en daar heeft een ploeg van vijf mensen nog een hele tijd geprobeerd hem te redden. Tevergeefs, 31 jaar jong overleed hij in het ziekenhuis. Wat er precies gebeurd is kan alleen gedeeltelijk worden achterhaald. De korte ruzie is door verschillende omstanders gehoord en gezien. Een signalement van een persoon in donker gewatteerd jack, half lang wat pluizig haar in de nek is bekend. Niemand kan zich bevrijden van de beklemmende vraag waarom. Waarom Roeland, waarom hier, waarom dit? Kenden dader en slachtoffer elkaar? Roeland was de zachtaardigheid zelve, altijd vriendelijk en hulpvaardig. Was dit een geval van “op het verkeerde moment op de verkeerde plaats”? We kunnen ons als betrokkenen niets anders voorstellen. Een schokgolf ging door de Noorderhaven. Dit is veel te dichtbij in je directe woonomgeving. Roeland was een goede bekende in de haven. Als Femke’s beste vriend- zag je Femke, zag je Roeland - was hij er vaak en had ook de nodige contacten met de buren.

De politie is daarna veel in de Noorderhaven geweest voor onderzoek. Verscheidene mensen zijn als omstanders gehoord, er is uitgebreid sporenonderzoek gedaan en getuigen zijn verhoord. Nadat de betroffen schepen tot twee maal toe vrijgegeven waren zijn er een aantal verplaatst omdat de bewoners niet meer op de plek des onheils wilden liggen. De volgende dag stond een speciaal politieteam op de kade met de bedoeling om filmmateriaal te maken. Slechte timing. Maar de Noorderhavenbewoners zouden de Noorderhavenbewoners niet zijn als niet alles binnen twee dagen weer op dezelfde plek zou liggen. Een sleepboot werd geregeld, de Neeltje kwam weer terug vanaf de Trompsingel en de overige schepen, die flink door elkaar gehusseld lagen, lagen er weer bij als tevoren. Op een zondag (i.v.m. verkeer) heeft de politie speciale films gemaakt om een 3D-reconstructie te maken. Na het weekend konden de schepen weer vetrekken en werd het stil. Wat iedereen hoopte gebeurde niet. Met zoveel getuigen en een signalement kon de dader toch niet opgepakt worden. Tot twee maal toe was het in het Tv-programma opsporing verzocht. Nu word er gezocht naar een taxichauffeur met passagier die zich ter plaatse heeft bevonden.Voor veel mensen gaat het gewone leven weer verder. Voor anderen is en een groot gat ontstaan, hun leven neemt een totaal andere wending met het gemis van Roeland. Laten we zo nu en dan even stilstaan bij hen en hen een hart onder de riem steken. Het betreft ons allemaal. Vanaf nu is Bommen Berend niet alleen een feestdag, maar ook een dag om stil te staan bij deze vreselijke gebeurtenis en de herinnering aan Roeland.


Naschrift:


Lieve vrienden, bekenden, onbekenden, buren en overburen.


Na lang peinzen, twijfelen, wikken en wegen, heb ik besloten aan wal te gaan wonen. Met pijn in mijn hart heb ik deze keuze genomen. Ik heb zes jaar met veel plezier in de Noorderhaven gewoond. Het is een klein en gezellig drijvend dorpje in de stad.

Even een kop koffie drinken bij de buren, een stroomdraadje bij je buurboot inpluggen, omdat alle stopcontacten in de kade weer eens vol zijn, zomers op dek zitten en slap ouwehoeren met de buren aan de overkant van de haven. Je bent er nooit alleen. Ik ga het missen.

Mensen, ontzettend bedankt voor alle steun en energie!


Liefs Femke

**


[[Image:]]


Evenement WinterWelVaart 20 tot 23 december

Door: Martine van Lier

Drie partijen hebben de krachten gebundeld en gaan van 20 tot 23 december 2007 in Groningen een winterfestival organiseren: WinterWelVaart.

Het festival WinterWelVaart wil de geschiedenis, het behoud en het gebruik van historische schepen onder de aandacht brengen. WinterWelVaart laat met een winters cultureel en nautisch programma zien dat Groningen veel kan doen met water en schepen in de stad en de provincie.


De drie nautische partijen zijn het Noordelijk Scheepvaartmuseum, de vereniging Historische Zeilvaart (charters) en stichting Groninger WelVaart. Het wordt niet direct een vervolg op het evenement Groninger WelVaart 2005, meer een winterse variant. Er komen “ietsje” minder schepen en het zijn hoofdzakelijk charterschepen. Veel activiteiten spelen zich binnen af. Wat wel gelijk blijft is dat er een hoop te doen is!

Langs de kades van de A liggen tijdens het evenement zo’n vijftien historische (zeil)schepen afgemeerd, met feestverlichting zijn de contouren van de zeilen weergegeven. Uiteraard zijn de schepen en de exposities in het museum te bezichtigen, maar er gebeurt meer.

Het publiek kan in de schepen en in het gebouw van het Noordelijk Scheepvaartmuseum allerlei activiteiten ervaren, variërend van concerten en exposities tot proeverijen . Ook demonstraties en een kerstmarkt staan op het programma.

Het doel van dit evenement is, naast dat het natuurlijk heel gezellig gaat worden, het vertellen van het verhaal van de Groninger scheepvaart en het verhogen van de belangstelling voor het behoud van historische schepen en het nautisch erfgoed. Daarmee kunnen nieuwe economische functies voor historische schepen en nautisch erfgoed gevonden worden. Vanwege de geschiedenis van Groningen als historische havenstad en de vele plannen om de vaarmogelijkheden in Groningen te verbeteren (Blauwe Stad, Meerstad, vaarverbinding Zuidlaardermeer, vaarverbinding Erica – Ter Apel) verbinden wij aan het festival in 2007 het thema:

Groningen en de Winst van het Water.


WinterWelVaart speelt zich af in de gebouwen van het Scheepvaartmuseum, het binnenplein en de kaden van het Hoge/Lage der A, het Kleine der A en circa 15 historische (zeilcharter)schepen die daar liggen afgemeerd.


Wat ook gelijk blijft is dat we weer hulp nodig hebben om dit te kunnen realiseren. Dus… wie de handen uit de mouwen wil steken, laat het ons weten (liefst even met een mailtje naar info@groningerwelvaart.nl). We zoeken bijvoorbeeld mensen die voor postbode willen spelen. Vlak voor en tijdens het festival hebben we natuurlijk gastvrouwen en -heren nodig en helpende handen en heldere hoofden, want er moeten vast allerlei praktische zaken gedaan worden. Goede informatie is welkom (namen met adressen + telefoonnummers/email, een CD’tje of link van je favoriete muziek!!!!!). Heb je een goede suggestie, laat het ons weten, zodat we er iets mee kunnen doen.


[[Image:]]


***


[[Image:]]


***


JAARVERSLAG WCG 2006

Door: Jan Dulfer, Voorzitter (inmiddels afgetreden).

GRONINGEN, 31-3-2007


[[Image:]]


Zoals altijd zal ook dit jaarverslag gaan vanaf de jaarvergadering van 2006 tot heden. Door de jaarverslagen te “koppelen” ontstaat dan een beeld van de activiteiten van het WCG.


Als over de laatste jaren gekeken wordt dan moet vastgesteld worden dat het daadwerkelijk aanleggen van ligplaatsen wel heel erg traag gaat, ondanks het vele geld wat er nu al aan uitgegeven is. Ooit is al eens gezegd dat het geld voor de uitvoering van “Watergang” bedoeld is voor ligplaatsen en niet voor arbeidsplaatsen. Het is een kwestie van wel erg lange adem aan het worden, Watergang is 11 jaar geleden op de rails gezet !

Hieronder per onderwerp wat ons het afgelopen jaar beziggehouden heeft.


INTERN


Wegens diverse persoonlijke omstandigheden (verhuizen naar ver weg, op de wal gaan wonen) is het bestuur het afgelopen jaar twee gewaardeerde bestuursleden kwijtgeraakt. Zowel Heleen Deurloo als Gertjan Timmer zijn tot onze spijt uit het bestuur verdwenen. Mede dankzij de inzet van een aantal andere ook betrokken bootbewoners lukte het de zaak draaiend te houden, maar wel op een vrij smalle en daardoor kwetsbare basis. Het vieren van het 25-jarig bestaan van het WCG is er zelfs bij ingeschoten. Er is dus dringend aanvulling van het bestuur nodig, ook omdat de voorzitter zich zoals aangekondigd uit zijn functie zal terugtrekken.


NIEUWE PLEKKEN


Tijdens de beroemde raadsvergadering van 21 december 2005 had de Raad besloten dat alle 32 ligplaatsen er nu (na 10 jaar) snel moesten komen. Er zal ambtelijk een boel gebeuren, maar het enig tastbare dat we gemerkt hebben van die beslissing is dat de Provincie bereid is om de Gemeente een ontheffing te geven voor diverse kanaalvakken, zodat daar woonschepen mogen komen. Voor de rest stelt de Gemeente dat eerst een NUVOV (= een nieuw waterig bestemmingsplan) er moet komen, voordat tot realisatie van nieuwe plaatsen overgegaan kan worden. Volgens ons (en dat hebben we tijdens inspraak ook gezegd) is dat onzin, alles kan ook op basis van het bestaande UVOV.

Ook begint het Beyummer nee-comitee zich steeds meer te roeren in hun protest tegen de plekken in het Boterdiep. We hebben ervoor gekozen om vooral op hun argumenten in te gaan als die locatie daadwerkelijk in de Raad behandeld wordt. De meeste argumenten zijn ons inziens tamelijk uit de lucht gegrepen en vooral bedoeld om een bot “We willen ze gewoon niet” te verbloemen.


In diezelfde vergadering was door de Raad ook gevraagd wat de mogelijkheden waren om in “Meerstad”, de uitbreiding van de stad in oostelijke richting met zo’n 200 hectare nieuw water, met liggebieden voor woonschepen te komen. Na een jaar (!) gaf B&W (blijkbaar namens de projectontwikkelaars) te kennen dat alleen al om het uiterlijk de toekomstige woonboten niet konden voldoen aan het “hoge aspiratieniveau” van de te bouwen wijk. In gewoon Nederlands: Ze vinden woonschepen/boten niet mooi genoeg. Er was in de bestemmingsplannen (ondanks al eerdere bezwaren van het WCG hiertegen) opgenomen dat er geen ruimte is voor woonschepen. De raad nam hier geen genoegen mee en zegt dat ook duidelijk te zullen gaan maken tijdens de behandeling van dat bestemmingsplan. We hebben voor de zoveelste keer ook maar weer eens ons standpunt in dezen ( het is een door oud-wethouder Smink gedane toezegging, en er is water zat daar) tijdens de zoveelste inspraakmogelijkheid te kennen gegeven. Daarin bovendien vermeld dat bij eventuele ‘koopligplaatsen’ in dat gebied de regelgeving aangepast moet worden.


Tegelijkertijd heeft de Gemeente wel een onderzoeksbureau opdracht gegeven uit te zoeken wat er voor mogelijkheden zijn voor een Museumhaven. Er is ook met het WCG hierover gesproken. Het WCG is daar niet tegen, zolang er op de schepen gewoond kan worden en het niet ten koste gaat van de gewone ligplaatsen. Blijkbaar kiest de Gemeente voor een mooie etalage en niet voor gewoon wonen op het water. . . .


Al met al schiet het nog steeds niet op met de compensatie van opgeheven ligplaatsen, laat staan een uitbreiding . . .


WALLENKANTEN


Voor een zeer gedetailleerde beschrijving van dit proces verwijs ik graag naar de Woonschepenkrant van november 2006, waarin de geschiedenis uitgebreid beschreven staat. Alleen het aanbieden van de contracten per half november 2006 waar sprake van is in het artikel is niet gehaald. Navraag bij een betrokken ambtenaar onlangs leerde dat de stand van zaken nog is zoals toen beschreven. Nog geen contracten aangeboden dus. We zullen zien.


RIOLERING


Ook hierover een zeer gedegen en uitgebreid stuk in de Woonschepenkrant. Daar valt weinig aan toe te voegen. Het allerlaatste nieuws is, dat het voorstel van Groen Links tijdens de Raadsvergadering van 31 januari 2007 aangenomen is. Dat betekend dat diegenen die zelf hun afvalwater behandelen (een IBA hebben) vrijstelling krijgen van de Gemeentelijke rioolheffing.


OOSTERHAMRIKKANAAL


In januari 2006 zijn door de toenmalige wethouder (Smink) toezeggingen gedaan aan de woonschipbewoners over de gemeentelijke bouwplannen met het Oosterhamrik-tracee. Er zouden geen ligplaatsen verdwijnen en er zou walgebruik mogelijk worden, net als elders op een aantal plaatsen. De Gemeente is daar eind 2006 in een verder weinig zeggend briefje op teruggekomen. Wel is er een (tijdelijke !) vergunning gegeven voor een schuurtje op de wal bij een van de schepen. Zie verder bij VOV.


REGELGEVING


Het afgelopen jaar is een aantal keren contact geweest met mensen van de juridische dienst van de gemeente. Men was bezig de Verordening Openbaar Vaarwater ( de VOV, dus) op orde te brengen, terwijl drie jaar geleden gezegd was, dat ‘ie toen goed was. Niet dus, blijkbaar.

- Belangrijke punten waren dat de max. lengte ( 38 meter) voortaan alleen nog zou gelden voor een authentiek (of wat daarop lijkt) schip.

-Verder wilde men de overdraagbaarheid opschorten van schepen die liggen in een gebied waar de gemeente in de toekomst iets mee wil (plekken die vallen onder een zgn. voorbereidingsbesluit). Hier is door bewoners van het Oosterhamrikkanaal en het WCG met succes geprotesteerd. Dat is nu van de baan.

-Al eerder was o.a. de Binnenstad tot beschermd stadsgezicht verklaard, waar uiteindelijk alleen nog een authentiek (of wat daarop lijkt) schip mag liggen In de Noorderhaven werd dat minder strikt toegepast. In de toekomst zal echter alleen nog zo’n beschreven schip erin mogen. Niet helemaal bekend is wat met de huidige (ongewenst geworden) liggers gaat gebeuren. Mogen ze wel terugkomen als ze gaan varen, bijvoorbeeld.


PROCEDURES


10 jaar geleden besloot de gemeente dat er twee ligplaatsen aan de Wilhelmina-kade (bij de Super de Boer en iets verderop) moesten verdwijnen om zgn. “zichtlijnen op het water” te krijgen. Ze hebben een boot opgekocht en met kunst en vliegwerk een bootbewoner “bereid” gevonden te verhuizen waardoor een zichtplek gemaakt kon worden. Zonder rekening te houden met gebrek aan ligplaatsen en wachtlijst wilden ze die bewoner laten verhuizen en diens ouwe plek opheffen. Protest bij de gemeente hielp niet, we hebben midden oktober (na 1,5 jaar) de hoorzitting van de rechtbank gehad Omdat wij niet wilden klieren over de maatvoering ( dat zou nog meer ten koste van de betrokken bewoner gaan, bovendien ging het ons om het principe) heeft de rechter de gemeente in het gelijk gesteld, gegeven het feit dat de plek gecompenseerd gaat worden ! Overigens zijn er sinds kort bijeenkomsten van de gemeente met aanwonenden over dat gebied en het lijkt erop dat de gemeente de andere zichtlijn laat schieten, omdat ze (er) geen geld (voor over) hebben om de huidige bewoner uit te kopen.


POLITIEK


Het moge uit bovenstaande duidelijk zijn, dat we ons nogal eens met “de politiek” moesten en ook wilden bezighouden. De afgelopen periode meer dan dat we op ambtelijk nivo bespraken.

-Een delegatie van het WCG heeft een gesprek gehad met de nieuwe wethouder Frank de Vries, ondermeer over (het gebrek aan voortgang mbt.) Watergang. Ook de te compenseren ligplaatsen (nu en straks) zijn aan de orde gekomen. Daarna leek er wat meer schot te komen in de activiteiten.

-Er zijn op diverse plannen door het WCG als ook door individuele bootbewoners een groot aantal inspraakreacties (zowel schriftelijk als mondeling) gegeven het afgelopen jaar.

-Bovendien hebben we een paar keer bijeenkomsten georganiseerd aan boord van een schip voor (soms nieuwe) raadsleden om onze standpunten onder de aandacht te brengen.


WOONSCHEPENKRANT

Tot onze vreugde heeft zich een nieuwe hoofdredacteur gemeld. Ton Los is bereid om z’n schouders onder de woonschepenkrant te zetten. Daarmee is een eind gekomen aan een periode van een (tijdelijke) nood-redaktie die overigens wel de kwaliteit bleef waarborgen. Het resultaat heeft iedereen eind 2006 kunnen aanschouwen.


GRONINGEN, 31-3-2007,


Jan Dulfer, Voorzitter (inmiddels afgetreden).


***


JAARREKENING WCG 2006

[[Image:]]


Debet

Saldo giro per 1 januari 2006€ 2.573,79

Saldo leeuwrekening per 1 januari 2006€ 6.023,18

Subsidie gemeente Groningen€ 2.313,65

Rente leeuwrekening€ 43,78

Advertenties€ 470,-

Klaas soep€ 31,12

_________ +

Totaal€ 11.455,52

Credit

Huisvesting€ 264,-

Organisatie€ 1132,33

Juridische adviezen€ 1.774,29

Saldo giro per 31 december 2006€ 2.227,94

Saldo leeuwrekening per 31 december 2006€ 6.066,96

__________ +

Totaal€ 11.455,52


***

Ruïnering, renovatie of restauratie?

Door: Bob en Albertine van Dijk-Milatz

[[Image:]]

Waar zijn we nu eigenlijk helemaal mee bezig: Ruïnering, renovatie of restauratie?

Dat is de vraag die wij ons stelden toen we bezig gingen met de grote verbouwing van de Jozephina, ons Friesche maatkastje.

Inmiddels weten wij <bijna?> het antwoord.


[[Image:]]


Wie dat ook wil weten komt op 4 maart 2008 naar het Scheepvaart Museum, want daar zullen we dan vertellen én laten zien wat we van plan zijn om met het schip te gaan doen (behalve er op te wonen natuurlijk), en wat we ervan gemaakt hebben.


De Waterlijn (deel 12)

[[Image:]]


een vervolgverhaal door Klaas Koetje


De zondag vordert. Friso, koninklijke achterblijver in Groningen, heeft behoefte aan een borrel nadat hij van een wisse verdrinkingsdood is gered. Een ambulancebroeder heeft met doortastende reanimatie de prins in het rijk der levenden gehouden en de tot leven gewekte kikker heeft met een juridische wise-crack weten te voorkomen dat hij een boete kreeg voor wildplassen. Tijd om op een bankje op de Steenhouwerskade neer te zijgen en een contemplatieve blik over de Zuiderhaven en naaste omgeving te laten dwalen.


‘Het is een leugenachtig bestaan in een leugenachtige wereld’, mijmerde Friso. Zijn ogen trokken langs de contouren van de Nicolaas Mulerius. Het schip van de studentenzeilvereniging had een vaste ligplaats gekregen aan de Steenhouwerskade. Dit ondanks een bevlogen brief die Friso had gestuurd.


Betreft: Zienswijze ligplaats Nicolaas Mulerius


Geacht college van burgemeester en wethouders,


Naar aanleiding van de advertentie in De Gezinsbode maak ik gebruik van uw uitnodiging om een zienswijze op de hierboven aangehaalde ligplaats te leveren waarvan ik hoop dat zij zal leiden tot transparantie in het gemeentelijk beleid ten aanzien van ligplaatsen in het algemeen en die van woonschepen in het bijzonder.


Ten eerste is het verbazingwekkend dat een tot dusver (mij) onbekend schip van een onbekende vereniging op eerste aanvraag een min of meer permanente ligplaats wordt verstrekt in de Zuiderhaven. Om meteen de analogie met de Voorwaarts Voorwaarts en theaterschip De Verwondering te ontzenuwen: beide schepen kennen al een lange historie en band met de stad Groningen. Zeker voor De Verwondering die voorheen ligplaats vond in de Noorderhaven was het noodzakelijk een zekere ligplaats te regelen omdat het regime in de Noorderhaven nu een keer met het inmiddels politiek wat gevoelige adagium ‘vol is vol’ valt te karakteriseren. De Verwondering was een woonschip, werd een theaterschip en kent Groningen derhalve als bakermat van Theater te Water.

Nu is het niet mijn bedoeling om hier een vorm van xenofobie neer te leggen op grond waarvan de Mulerius geweerd zou moeten worden. Evenmin acht ik het een argument dat het hier een ‘mooi’ schip zou betreffen. Het begrip ‘mooi’ is, als het schepen betreft bevlekt met wat ik graag nostalgisch terrorisme zou willen noemen. Zo gauw iets drijft dient het te appelleren aan een vorm van sentiment dat met masten, bruine zeilen en andersoortige authentieke kenmerken ruimschoots is gekenschetst. Dat blijft ook altijd verbazen zeker in een stad als Groningen waar de architectuur van het hedendaagse terecht niet wordt geschuwd. Zo gauw het water in zicht komt is er blijkbaar een niet te beteugelen hang naar grootmoeders tijd.


Met bovenstaande zijn vooral twee subjectieve argumenten besproken die strikt genomen geen beletsel en geen aanbeveling kunnen zijn voor het (niet) inrichten van een ligplaats voor genoemd schip. Deze zienswijze gaat niet over historische en/of esthetische keuzes alhoewel ik weet dat het college dat als grondslag kiest voor het afwijken van regelgeving die is vastgelegd in zowel de Verordening Openbaar Vaarwater (VOV) en het daaraan gekoppelde Aanwijsbesluit alsmede, naar uit de advertentie blijkt, het bestemmingsplan Westerhaven. Het zorgwekkende is (ik beperk me tot de VOV) dat uw college binnen een jaar nadat de VOV opnieuw is vastgesteld al meent te moeten afwijken van de moeizaam tot stand gekomen regelgeving. Ik hoef u niet te wijzen op de geschiedenis ten aanzien van (de uitbreiding van) ligplaatsen voor woonschepen waar iedere zichzelf respecterende gemeenteraad zich diep voor zou moeten schamen. Om het even te vergelijken met de situatie in de woningbouw op de grond: mocht er een wachtlijst bestaan voor woningen waaruit zou blijken dat een derde van de stadsbevolking om woonruimte verlegen zit dan wel zo spoedig mogelijk zou willen verhuizen dan zou noch de raad noch het college het in haar hoofd halen om Sjoerd Kooistra een vergunning te verstrekken voor de bouw van een amusementscentrum Meerstad en daarmee een substantieel deel van de wooncapaciteit van deze nieuwe wijk op te offeren. Uiteraard gaat deze vergelijking op allerlei manieren mank hoewel zij in essentie juist is (ik heb bijvoorbeeld niet nagerekend hoe een ligplaats zich verhoudt ten opzichte van het totaal aantal ligplaatsen en hoeveel huizen in Meerstad zich zouden verhouden tot het totale woningaanbod in de stad; voorts hoop ik dat het niveau van de studentenzeilvereniging hoger en sympathieker is dan dat van de heer Kooistra, al doet de naam MayDay weinig goeds vermoeden). Dat deze situatie zich al meer dan tien jaar voordoet en er nog steeds geen concrete plannen (en zeer weinig financiële middelen) zijn om tegemoet te komen aan de wens tot realisering van nieuwe ligplaatsen voor woonschepen (ten overvloede zij nog maar weer eens vermeld dat de grondwet de overheid verplicht een inspanning te leveren voor voldoende woonruimte te zorgen) maakt het inrichten van deze ligplaats voor een schip dat ook nog eens bij aanwezigheid in Groningen een horecabestemming krijgt op z’n zachtst gezegd wrang. Overigens heb ik op zich niets tegen horeca maar ook daar druist deze uitzondering in tegen de VOV en andere relevante regelgeving: gemeente en WCG (en andere partijen) konden zich vinden in een beperkt aantal ligplaatsen voor bedrijfsschepen mits de aard van het bedrijf een directe relatie heeft met het water. Nu is er de opvatting dat op schepen veel gezopen wordt maar om vervolgens een horecagelegenheid, met zeer beperkte toegang, dan tot uitzondering te verheffen veroorzaakt tenminste een opgetrokken wenkbrauw. Deze opstelling van gemeente en WCG was mede ingegeven door het feit dat er zo weinig ligplaatsen voor woonschepen zijn dat het ongewenst zou zijn om schepen waar niet op gewoond wordt ruimhartig plaats te bieden. Ik geef het maar in overweging. Hoewel zeilen onmiskenbaar een wateractiviteit is voldoet dit niet aan de bedoelde bedrijfsactiviteit; het is te hopen dat de Gasunie geen zeilvereniging heeft of FC Groningen of….


In het verlengde van vorenstaande, wekt de inrichting van de ligplaats zelve nieuwsgierigheid. Aangezien het bedoelde schip gedurende de wintermaanden als sociëteit dienst zal doen, naar ik schat van september tot maart, veronderstel ik dat de nodige voorzieningen getroffen zullen worden. Ik denk daarbij in eerste instantie aan vaste aansluiting voor elektriciteit-, gas- en waterleiding. Het zou het college sieren als men enig inzicht zou kunnen geven in de kosten die daarmee gepaard gaan en wie deze kosten voor haar rekening neemt. Ook dit is interessant in relatie tot de reeds genoemde (on)mogelijkheden om te komen tot uitbreiding van het aantal ligplaatsen voor woonschepen. Overigens vroeg ik me juist af in hoeverre het onderhavige schip onder het regime van de RZB valt dan wel havengeld dient te voldoen

Hoewel het mijn zaak niet is, vraag ik me af in hoeverre dit schip als sociëteit dient te voldoen aan vergunningen die gesteld worden aan horecagelegenheden in de stad. Zaken als brandveiligheid, nooduitgangen en zomeer zouden al snel de reeds geroemde authentieke karakteristieken van het schip ernstig kunnen aantasten.


Tenslotte acht ik de handelwijze weinig chique richting charterschippers. Omwille van veiligheid voor hun in de winter verlaten schepen, hebben zij altijd pogingen ondernomen om ondermeer in de Zuiderhaven overwinteringsplekken te krijgen. Dat is niet gelukt (overigens vreemd gezien de sentimentele waarde van die schepen) en zij zullen met lede ogen constateren dat dat in dit geval kennelijk wel mogelijk is. Zij zijn evenwel uitstekend in staat hun eigen zaak te bepleiten.


Ik wil mijn vrees niet uitspreken dat (schip)bewoners van de diepenring mogelijkerwijs in de toekomst geconfronteerd worden met studenten in kennelijke staat die zich per roeiboot diep in de nacht luidruchtig over het water zullen verplaatsen. De Hermandad is beschikbaar om in te grijpen mocht het zover komen. Dit soort zaken komt voor in het centrum van een mondaine stad en dient met enige lethargie te worden ondergaan.

Veeleer wil ik resumerend vaststellen dat ik met gemengde gevoelens deze ontwikkeling aanschouw. Noch ben ik een verklaard tegenstander noch ben ik een verwoed voorstander. In het grotere kader van de ontwikkelingen met betrekking tot Watergang wekt dit soort rapide omzeilen van beleidsuitgangspunten en regelgeving weinig vertrouwen in de totstandkoming van beleid alsmede de medewerking die ik als woonschipbewoner daaraan zou willen leveren. De overheid toont zich hier van zijn meest flexibele kant en het zou diezelfde overheid sieren om dit vermogen ook eens aan te wenden voor een substantiële en duurzame verbetering van de relaties met en het scheppen van woonvoorzieningen voor mensen die op het water (willen) wonen.

Hopend u hiermede tot wijsheid te kunnen dienen, verblijf ik,


Met hoogachting

Friso Prins van Oranje-Nassau, van Vollenhoven


De door tante Beatrix benoemde burgervader en zijn gekozen vazallen hadden de brief genegeerd. Althans. Hij was een van de vrouwelijke wethouders tegen het lijf gelopen.

-Wat een geweldige brief Friso, had ze geroepen terwijl ze samen Het Kasteel betraden voor een of andere informatieavond.

Jazeker, Het Kasteel waar de onvolprezen Willem Frederik Hermans voldoende wrok had verzameld om uit te groeien tot ’s lands enige schrijver van internationale allure. De bloedeloze bejaarde die zich dichter des vaderlands mocht noemen, sinds zijn aanstelling met kleine letters geschreven, moest zich nietiger weten dan iedere druppel inkt die uit de pen van Hermans was gevloeid. Maar ach, de tijden waren veranderd en zelfs de leugenachtige verkiezing van een dichter was de val waarin een gerenommeerde landelijke kwaliteitskrant was getrapt. Randstedelijke onnadenkendheid had het afgelegd tegen provinciale geslepenheid voortkomend uit een onmetelijk minderwaardigheidscomplex. De grote lokale dichterromanticus Jan-Pieter Matras had zich ook voor het karretje van de tweederangs leraar uit Hoogezand laten spannen. Toch een teleurstelling. Drinkebroers. Prima, maar in een regel van een Matrassonnet stond meer zinnigs dan in het hele te wissen bestaan van de landsdichter ooit zou kunnen opduiken.

Ongetwijfeld werden de regels aangepast, hoopte Friso, nergens viel meer op te rekenen, om te voorkomen dat iedere rijmende boterlul in de komende jaren in willekeurig welk actualiteitenprogramma zou worden opgevoerd om zijn pindagedachten te ventileren over iets onaantastbaars als het oudste volkslied ter wereld, laat staan zich verzekerd weet van een kloeke plek op de voorpagina van een kwaliteitskrant als hij weer een rijmpje in elkaar heeft gesleuteld.


-De burgemeester wilde weten wie dat geschreven had.

-Maar jullie hebben er niets mee gedaan.

Het bebrilde hoofd met de verwarde haardos, ging van links naar rechts:

-Ja, je weet het. Je hebt gelijk maar….

Hij had het geweten. Had haar het liefst woest willen nemen in een van de duistere hoekjes van Het Kasteel. Als hij moest weten dat het college naar de pijpen danste van de verscholen machten in de stad dan kon zij net zo goed een dansje beginnen om hem uit alle macht te pijpen. Win-win-situatie werd dat wel genoemd.


Wrok en haat. Friso grijnsde als de rimpeling die over het water van de Zuiderhaven trok. Nee, de wethouder van financiën was een schat die hij nooit met een vinger zou aanraken. Hoogstens een vluchtige kus op de wang. Een blik van begrip. Begrip is onmacht. En zij wist het als ieder ander: de werkelijke uitoefening van macht speelt zich af in de spelonken van het vastgoed en de economie. Het theater waarin de lokale bestuurders hun rituele dansjes uitvoeren ter irritatie en vermaak van het volk, wordt geregeld vanuit de coulissen door gluiperige sujetten die elkaar staan toe te winken om het geld te laten rollen zoals het hen goeddunkt.


De brief was keurig beantwoord en toonde een en al begrip.


Het schip lag er bij als een ingedutte dronkelap. Nicolaas Mulerius had natuurlijk niets met boten of zeilen te maken. Hij was een luie en zuipende hoogleraar die in de vroege zeventiende eeuw in Groningen was neergestreken. Op de een of andere manier moest de zeilvereniging op de gedachte zijn gekomen dat zo’n figuur zou bijdragen aan het door hen te cultiveren imago. Of zou het zijn dat ze het schip die naam hadden gegeven omdat Mulerius ooit door een stel studenten was afgetuigd en dat de vereniging zich ten doel had gesteld dit schip flink af te beulen. Jammer dat de studenten er niet waren. Hij had graag een glas geheven om van de schrik te bekomen, hen om opheldering te vragen en de vereniging alsnog te feliciteren met het op oneigenlijke gronden innemen van een ligplaats. Bovendien was hij benieuwd of het schip wel gedoopt was zoals het hoorde.


Zijn nichtje was gedoopt zoals het hoorde. In Jordaanwater. Arm kind. Begon meteen te janken toen ze werd besprenkeld. Geen wonder. De gedachte dat dat het water was waar Jezus doorheen gewandeld zou hebben was misplaatst. Als dat zo was geweest dan was de Jordaan inmiddels een stinkende poel geweest. Tweeduizend jaar stilstaand water is slecht voor de kwaliteit en de gezondheid. En was diezelfde Jordaan niet de laatste veertig jaar de bloedrode levensader geweest van het eindeloos lijkende gebakkelei tussen Joden en Palestijnen. Ook geen stigma dat je als onbevlekte telg op je voorhoofd gestempeld wilt krijgen.

-Doe het niet, had Friso Alex voorgehouden: ook met dit soort archaïsche tradities moet je breken. Dit is geen watermanagement meer. Wat komt er niet bij kijken. Een van je bediendes moet naar Israël vliegen. Een jerrycan water scheppen, doet ‘ie dat trouwens aan de westelijke of de oostelijke oever, en weer terugvliegen. Onverantwoord als je het goed voor hebt met het milieu. Als de schrijvende minkukels van Nederland niet zo ingedut waren, hadden ze je genadeloos over de hekel kunnen halen. Je hebt geluk dat de venijnige pennen van Hermans, Reve en Wolkers zijn opgedroogd.

Alex had weer eens last van een identiteitscrisis en keek glazig voor zich uit. Friso keek hem bezorgd aan. Waren in zijn gezicht de eerste trekken van een zich ontwikkelende depressiviteit te herkennen? Dan zou hij op dat punt in ieder geval wel op zijn vader lijken.

-Bovendien krijg je van dat dopen alleen maar een hekel aan water en dat kunnen we niet gebruiken.

Friso had zijn hekel aan zwemmen teruggevoerd op het feit dat hij door pa en ma de kerk in was gesleurd om amper enkele weken oud te worden gedoopt. Ook hij had het op een krijsen gezet toen de druppels op zijn kwetsbare schedeltje spatten. Sindsdien was hij alleen met geweld onder de douche te zetten en had hij het behalen van een zwemdiploma ervaren als een vorm van kindermishandeling.

Hij had Alex aangeraden om nu eindelijk eens een knoop in zijn jongeheer te leggen.

-Hetzelfde probleem als opa, Lex. Je penetreert over links, dan krijg je alleen maar meisjes. Je kunt je suf neuken op deze dubbelpaspoortige juntanita maar een jongetje zal er nooit uit de conceptie ontstaan.


De Mulerius had eerst Emanuel geheten. Kennelijk hadden de studenten weinig fiducie dat god bij hen zou zijn en hun toevlucht tot deze schuinsmarcherende medicus-wiskundige-astronoom gezocht die overigens, maar dat zal wel in beschonken toestand zijn geweest, geloofde dat kometen de goddelijke voortekenen waren voor rampzalige gebeurtenissen. Als zij het schip niet op het droge, door een vrouw met echte champagne hadden laten herdopen zou deze naam een door god gezonden komeet blijken en vroeg of laat tot grote rampspoed leiden.


Rampspoed was deze zondag niet te verwachten. Nauwelijks wind, een bleke zon en het gebruikelijke gedoe rond het boothuis aan de overkant. Bejaarden die nog eens met lome slagen hun roeiboot voortstuwden in de richting van het Eemskanaal. Een instructeur die de jonkies vlak voor hem doof schreeuwde in een poging hen de grondbeginselen van het roeien bij te brengen onderwijl driftig trekkend aan de touwtjes van het roer in een poging te voorkomen dat de beginnelingen meteen de wal invoeren. Het moest voor de paar bootbewoners aan de Praediniussingel een wekelijkse geseling zijn om zo onbarmhartig de zondag te worden in geslingerd. Rustdag. Niet hier.


Friso streek door zijn natte haar. Hij voelde zich wat beter. Teveel dood en doop meegemaakt de laatste dagen. Is niet goed voor een mens om voortdurend met begin en eind van het leven geconfronteerd te worden. Het leven zelf is al een crime. Een opeenstapeling van leugens om de naakte waarheid te kuisen. Zoals een aantal lieden in deze gemeente wanhopig trachtten enig grandeur aan dit provinciestadje te geven. Met als nieuwste project, gedoemd tot mislukken: Het Groninger Forum. Bedenksel van de museumdirecteur die zijn jarenlange falende beleid trachtte te maskeren door met flikkerachtige charme het volgende megalomane project op stapel te zetten. Hij was met veel bravoure de stad binnengewandeld en had hoog van de museumtoren geblazen dat hij zou zorgen voor een rendabele bedrijfsvoering. Ruim zes jaar later zijn de tekorten nog steeds structureel, is het niveau van de tentoonstellingen tot een bedroevend peil gedaald en had hij als noodsprong de aandacht van zich afgeleid door met het forum op de proppen te komen. Ook in dat plan waren de eerste tekenen van een debacle al zichtbaar en het had Friso noch verbaasd noch verleid tot het plengen van een traan dat de eerste berichten over een aanstaand vertrek waren gepubliceerd. Met het staartje tussen de benen, het gezicht uitgestreken, het keurig gesneden pak als gegoten en met achterlating van een bijeengelogen werkelijkheid zou de stad wederom een hoop achtergelaten grofvuil van een opgeblazen passant moeten opruimen.


Het is de tragiek van de provinciestad. Zonder tragiek geen liefde, dacht Friso.

-Als de leugenachtigheid en de valsheid uit het bestaan verdwijnen, is de dood onherroepelijk ingetreden.


(wordt wellicht vervolgd)


[[Image:]]


De WCG-website under construction

Door: Gert-Jan Braas


Sinds kort heeft de WCG een eigen website.

Het is de bedoeling dat het een platform wordt voor het stroomlijnen van de contacten tussen de boot bewoners onderling, WCG bestuur en boot

bewoners, een collectief geheugen voor wat er zich allemaal in het 'bootjes-wereldje'

afspeelt en heeft afgespeeld en allerhande nuttige informatie voor de bewoners.


Er is een Forum aanwezig voor het voeren van actieve discussies, en een Wiki voor de wat langzaam en langdurig lopende informatie.


We zijn nog bezig met het opzetten van het geheel, dus er zitten nog veel informatie-gaten in de site. We nodigen iedereen uit bijdragen te leveren die kunnen leiden tot een levendige en informatief geheel.


De site is te vinden op : http://www.woonschepencomite-groningen.nl/


Iedereen kan alles lezen. Voor het schrijven in de WIKI en het posten op Het Forum, is het nodig eerst in te loggen. Rechts boven kun je klikken

op 'aanmelden'. Vanaf daar zou 'teen-en'tander zich zelf moeten wijzen.


Naschrift van de redactie:

Fantasisch dat Gert-Jan deze site voor ons heeft opgezet! Dat dit het laatste item in deze krant is, komt omdat dit het hotste nieuws is!!